De Autoriteit Consument & Markt (ACM) verbiedt de overname door Afvalverwerking Rijnmond (AVR) van Afval- en Energiebedrijf (AEB) uit Amsterdam. Als de overname door zou gaan, ontstaat er een te machtig bedrijf. Dat leidt tot hogere prijzen voor het verwerken van huishoudelijk afval en voor het verwerken van licht verontreinigd gevaarlijk afval. Gemeenten en inzamelaars berekenen die prijsstijging door aan hun inwoners en klanten.
AVR is onderdeel van het Cheung Kong concern uit Hong Kong. AEB Holding N.V. is nu nog in handen van de gemeente Amsterdam. AVR en AEB zouden samen veruit het grootste afvalverwerkingsbedrijf van Nederland worden. De verwerkingscapaciteit van de twee partijen samen is ruim twee keer zo groot als de nummer 2. Samen zouden de partijen voor huishoudelijk afval in het westen van Nederland een marktaandeel van meer dan 60% krijgen.
Martijn Snoep, bestuursvoorzitter van de ACM: “Vooral gemeenten in de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht zouden na het samengaan van deze bedrijven meer moeten gaan betalen voor de verwerking van huisvuil. Daarom geeft de ACM geen toestemming voor deze overname. Er zijn onvoldoende alternatieven voor de combinatie AVR/AEB in het westen van Nederland, en het kost meer geld om het huisvuil naar verder weggelegen afvalverwerkers te vervoeren. De combinatie AVR/AEB zou daarom de prijzen voor de verwerking van huisvuil kunnen verhogen. Voor mensen in die gemeenten stijgt dan de afvalstoffenheffing. Concurrentie in deze markt houdt de prijzen scherp.”
ACM: AEB privatiseert en wordt concurrent bij aanbestedingen afvalverwerking
In 2021 besloot de gemeente Amsterdam om AEB te privatiseren. Er waren verschillende bedrijven geïnteresseerd. De gemeente koos voor het bod van AVR en meldde deze overname aan de ACM.
De ACM heeft deze overname grondig onderzocht, ook om te beoordelen op de geschetste voordelen op het gebied van duurzaamheid. Daarbij zijn verschillende economische analyses gemaakt, documenten opgevraagd en data geanalyseerd. Er is uitvoerig gesproken met concurrenten, gemeenten, inzamelaars en andere betrokkenen.
Onderzoek naar verwerking huishoudelijk afval
AVR is op dit moment de grootste verwerker van huishoudelijk afval in Nederland. AEB verwerkt naast het ‘eigen’ afval uit Amsterdam ook afval uit andere gemeenten. Die contracten heeft AEB na aanbesteding gewonnen. AVR was daarbij een van de concurrenten. Er zijn in Nederland weinig andere spelers die op grote schaal afval kunnen verwerken. Die afvalverbrandingscentrales liggen voor de meeste gemeenten in het westen van Nederland verder weg dan de centrales van AVR en AEB, waardoor de kosten van het vervoer van het afval voor deze gemeenten zouden toenemen. De combinatie AVR/AEB kan daardoor hogere prijzen rekenen voor de verwerking van afval. Die kosten zullen gemeenten doorberekenen aan hun inwoners.
Onderzoek naar licht verontreinigd gevaarlijk afval
Uit het onderzoek naar de verwerking van licht verontreinigd gevaarlijk afval blijkt dat de combinatie AVR/AEB ook een dominante positie zou krijgen. Samen krijgen zij een marktaandeel van meer dan 80%. Licht verontreinigd gevaarlijk afval bestaat bijvoorbeeld uit poetsdoeken of beschermende kleding die met gevaarlijke stoffen zijn verontreinigd. Er zijn weinig andere verbrandingsinstallaties die dit soort afval in Nederland kunnen verwerken. De mogelijke alternatieven hebben beperkte extra capaciteit om nieuwe klanten aan te nemen. Ook het verwerken van dit afval tegen vergelijkbare prijzen in het buitenland is geen alternatief. Alles bij elkaar betekent dat de combinatie AVR/AEB de prijzen voor de verwerking van dit afval kan verhogen.
Duurzaamheid bij afvalverwerking
AVR/AEB vinden dat de overname zorgt voor een snellere verduurzaming van hun afvalverwerking. De ACM ziet dat duurzaamheidsmaatregelen, zoals scheidingsinstallaties of CO2 afvang, ook zonder overname sowieso moeten worden uitgevoerd. Ook een eventuele andere overnamepartner zal duurzaamheidmaatregelen moeten nemen. Bij aanbestedingen is het zo duurzaam mogelijk verwerken van afval steeds meer een eis.
Wat doet de ACM bij fusies en overnames?
Het is bij elke fusie of overname de vraag of direct na de transactie en in de daarop volgende jaren nog voldoende concurrentie overblijft. Concurrentie zorgt ervoor dat een product voor een goede prijs en kwaliteit op de markt is en dat innovatie wordt gestimuleerd. Daarom beoordeelt de ACM vooraf of de bedrijven mogen fuseren. De ACM gaat na of de markten goed blijven werken voor mensen en bedrijven, nu en in de toekomst.