Renewi plc (LSE: RWI), het toonaangevende internationale waste-to-productbedrijf, maakt zijn resultaten bekend voor het boekjaar dat werd afgesloten op 31 maart 2021.

Financiële kerncijfers

  • De solide resultaten weerspiegelen het veerkrachtige bedrijfsmodel, de snelle ingrepen in de COVID-19-kosten en kasmiddelen, en een aanzienlijke verbetering in de tweede jaarhelft
  • De inkomsten uit voortgezette activiteiten zijn stabiel gebleven en de inkomsten uit voortgezette activiteiten zijn met 5% gedaald tot € 1.694 mln.(1)
  • Onderliggende EBIT uit voortgezette activiteiten zijn 3% lager dan vorig boekjaar en boven eerdere verwachtingen op € 73,0 mln.(1)
  • De statutaire winst van € 11,0 mln. tegenover een verlies van € 77,1 mln. vorig boekjaar
  • De nettokernschuld* is gedaald van € 457 mln. vorig boekjaar tot € 344 mln., waardoor de nettoschuld/EBITDA-ratio uitkomt op 2,2x.
  • [Materiële] verbetering van onze verwachtingen voor FY22

Strategische hoogtepunten

  • Goede vooruitgang geboekt met de innovatiepijplijn: projecten zijn opgestart en in uitvoering, waaronder nieuwe producten bij ATM, een BioLNG-installatie en nog een RetourMatras-locatie.
  • Het Renewi 2.0-programma is op schema en levert baten op die € 2,2 mln. hoger liggen dan gepland in FY21.
  • De resultaten van ATM werden beïnvloed door vertragingen in de goedkeuringen voor de verscheping van TGG, maar er is goede vooruitgang geboekt: de capaciteit voor de productie van nieuwe bouwmaterialen is in gebruik genomen en het driejarig herstelplan blijft op schema.
  • De voorgestelde consolidatie van de aandelen tegen een koers van 1 voor 10 wordt opgenomen in de volgende Jaarlijkse Algemene Vergadering

Duurzaamheid

  • Ons bedrijf maakt een circulaire economie mogelijk: duurzaamheid is onze bedrijfsstrategie.
  • Het ambitieuze ‘Missie75’ werd gelanceerd om ons eigen recyclingpercentage over vijf jaar te verhogen van 65,8% tot een toonaangevende 75%, wat neerkomt op 1,3 mln. ton extra per jaar
  • Een vooraanstaand ESG-model; nieuwe ESG-evaluatie van 83 door S&P (gestegen van 75 in 2020).

Otto de Bont, Chief Executive Officer:
“Ondanks de pandemie verbeterden onze prestaties naarmate het jaar vorderde, en ik ben blij dat ik eindresultaten kan rapporteren die aanzienlijk beter zijn dan we begin 2020 hadden voorzien. Dit is te danken aan de vastberaden inspanningen van onze mensen, die onze klanten en gemeenschappen in de meest uitdagende omstandigheden een naadloze dienstverlening hebben geboden. Deze resultaten weerspiegelen ook onze snelle ingrepen in de kosten en kasmiddelen, ons veerkrachtige bedrijfsmodel als ook de betere recyclaatprijzen in de tweede jaarhelft.

Ook hebben we een mooie vooruitgang geboekt met onze belangrijkste strategische initiatieven om duurzame groei te realiseren voor Renewi.

Voor de toekomst verwacht de raad van bestuur nu dat de prestaties van de Groep in het boekjaar 2022 hoger zullen liggen dan de eerdere verwachtingen gezien de sterke resultaten van de Groep in het boekjaar 2021, vooral in de tweede helft, en de huidige hoge recyclaatprijzen.

De overgang naar een circulaire economie zal de vraag naar recycling en recyclaten van hogere kwaliteit doen toenemen, wat ons bedrijfsmodel ondersteunt. De duurzaamheidsagenda en het potentiële ‘groene herstel’ met de steun van de EU en nationale regeringen bieden naar verwachting meer aantrekkelijke kansen voor Renewi om afval in een groter aantal hoogwaardige secundaire materialen om te zetten. We blijven ervan overtuigd dat onze drie strategische groei-initiatieven; winstherstel bij ATM, het Renewi 2.0-programma en onze innovatiepijplijn – voor een aanzienlijke extra winst zullen zorgen in de komende drie jaar en daarna.”

Resultaten

(1) Welke niet-IFRS maatstaven zijn gebruikt en waarom wordt uiteengezet in toelichting 17. De ‘voortgezette activiteiten exclusief Canada en Reym’ zoals voorgesteld voor het vorige boekjaar zijn exclusief de financiële resultaten voor de Canada Municipal-activiteiten, die op 30 september 2019 werden verkocht, en de Reym-activiteiten, die op 31 oktober 2019 werden verkocht.
*De nettokernschuld, die wordt gebruikt om de schuldgraad bij banken te berekenen, is exclusief de impact van leaseverplichtingen onder IFRS 16 en de nettoschuld in het kader van de PPP-contracten in het VK.

De resultaten over zowel dit boekjaar als het vorige boekjaar worden gerapporteerd met toepassing van IFRS 16.  Waar nodig delen we ook bepaalde maatstaven op IAS 17-basis mee, aangezien die met name voor de berekening van de schuldgraad voor de bankconvenanten van de Groep relevant zijn.