Wat zou de winst zijn van één mondiale merknaam?
Van Sita naar Suez, dat is meer dan enkel een naamswijziging. Een nieuwe branding staat vaak voor een switch in cultuur, in bedrijfsvoering, in positionering. Algemeen directeur Wieger Droogh vragen we na een jaar tijd wat de veranderingen zijn. Droogh: ”Suez is een mondiaal bedrijf. Ik merk dat één naam ons en onze klanten grote voordelen brengt. De grondstoffenrevolutie die we willen aanjagen, dat kun je niet alleen vanuit Nederland doen. Dat is een mondiaal probleem wat je dus ook met mondiale kracht moet oppakken.

Wat is de grootste verandering, die in de markt zou moeten opvallen? Droogh: “Ons nieuwe bedrijf sorteert alvast voor in de richting van een wereld waarin grondstoffen schaars zijn. Het is natuurlijk enerzijds een business model, omdat we voorzien dat de prijzen gaan veranderen. Anderzijds sluit het ook aan bij intrinsieke beweegreden, veel van onze medewerkers willen de wereld oprecht mooier maken. We moedigen onze medewerkers aan mee te denken over hoe we anders moeten en kunnen produceren, inkopen en werken in een wereld waarin grondstoffen schaars worden.”

Droogh vraagt ondernemerschap, niet alleen van zijn werknemers maar ook van zijn ketenpartners. Hij wil hen faciliteren om met ideeën aan de slag te gaan. Al mag het tempo van veranderen naar zijn smaak vaak nog hoger liggen, Droogh waardeert het wanneer mensen anders denken, bewegen, zelf initiatief nemen. “Een voorbeeld is Jong Suez, opgericht door de jonge medewerkers zelf. Dat geeft beweging in de organisatie en dat wordt weer door andere medewerkers gezien, daar ben ik trots op. Het nieuwe Suez is oprecht anders.”

Overcapaciteit moeten we voorkomen door samen te werken

Hoe verhoudt Suez zich ten opzichte van Van Gansewinkel en Shanks? Droogh is van mening dat Suez in alle stilte een mooi bedrijf aan de achterkant heeft opgebouwd. Daar waar anderen vertellen over cradle-to-cradle en zero waste, is Suez in de luwte strategische partnerships aangegaan met diverse recycling specialisten om concrete stappen te zetten. Suez ziet voor zichzelf meer en meer een rol van producent van secundaire grondstoffen. “De opkomende partijen in de markt – zoals Van Scherpenzeel en Van Kaathoven – pakken de regisseur-rol op, dat is hun model. Van Kaathoven zit meer in de bestaande afvalmarkt: bouw- en sloopbedrijven, papierbedrijven. Van Scherpenzeel kijkt ook verder in de keten. De vraag is, tot waar gaan ze in de keten? We moeten moet met z’n allen bekijken wie welke rol in de keten pakt om te voorkomen dat we allemaal hetzelfde doen. Om uiteindelijk overcapaciteit te voorkomen.”

De internationale reikwijdte van het moederbedrijf geeft Suez een voorsprong, aldus Droogh. Maar is het zo effectief om afval een grensoverschrijdend probleem te maken en verschillende stromen internationaal te transporteren naar de beste verwerkingsmethode? Droogh: “Er is altijd een optimum tussen transport en duurzame verwerking. Er moet worden gekeken naar internationale oplossingen waarbij we ons moeten afvragen: is dit nog duurzaam of is dit een profit model? Hier moeten we altijd scherp op blijven.“

Het internationale Suez predikt 3 C’s voor 4 kernactiviteiten. Circulair, Concreet en Co-creatie, ten dienste van 1) het beheer en hergebruik van water, 2) het recyclen en hergebruik van afval, 3) oplossingen op het gebied van waterbehandeling en 4) advisering over duurzame stedelijke en regionale ontwikkeling. Advies maakt een groot deel uit van deze activiteiten en dit roept de vraag op of Suez zich meer en meer beweegt van ‘inzamelaar’ richting een adviesorganisatie.

Afval en water zullen meer en meer op elkaar ingrijpen

Droogh: “als je kijkt naar hoeveel kennis wij binnen hebben, over hoeveel data wij beschikken, dan zou het stom zijn om dat niet te gebruiken. De effecten van een aantal stromen, wat je er nog mee kunt; waarom zouden we niet met onze klant delen hoe ze deze stroom nog kunnen inzetten als grondstof voor een andere organisatie? Dienstverlening en advies zullen een wezenlijk onderdeel uitmaken van onze groeiende organisatie. En ik zie een andere ontwikkeling: afval en water zullen meer en meer op elkaar ingrijpen, je kunt die problematiek niet meer los van elkaar zien. Als totaalaanbieder heb je hierbij een duidelijk voordeel.”


Dit was deel 4 van de interviewreeks met Wieger Droogh
Deel 1 treft u hier: Een bijzondere oproep van CEO Wieger Droogh
Deel 2 treft u hier: Vraag aan Wieger Droogh: Cirkel of spiraal?
Deel 3 treft u hier: Duurzaamheid en innovatie vs subsidie